Betty: They Say I'm Different

Phil Cox

Funk-koningin Betty Davis veranderde het landschap voor vrouwelijke artiesten in Amerika. “Zien hoe Betty Davis optreedt, is als het zien van een X-rated film wanneer je verwacht Walt Disney te zien”. Zo werden de optredens van funkzangeres Betty Davis al in de jaren zeventig beschreven.

Met haar suggestieve teksten (“If I’m in Luck I Might Get Picked Up”), gedurfde persoonlijkheid, gewaagde outfits en buitensporige funkmuziek was ze haar tijd ver vooruit. Misschien wel te ver. “Als Betty nu zou zingen was ze een Madonna, óf een Prince,” schreef jazztrompettist Miles Davis in zijn autobiografie uit 1989. Miles trouwde met Betty in 1968, waarbij zij zijn achternaam kreeg (en die ze behield na hun scheiding in 1969).

Betty Davis was de eerste zwarte vrouw die al haar muziek zelf schreef en produceerde én was een feministische pionier; ze inspireerde en intimideerde op een manier zoals geen enkele vrouw dat tot dan toe deed. Tot ze plotseling verdween. Ze worstelde om te zijn wie ze was, maar op dat moment begreep de wereld haar niet. Maar nu – veertig jaar later – is de wereld nog nooit zo klaar geweest om een ​​eerbetoon te brengen aan de grootste Black Power-godin aller tijden.

Voorfilm:

Kojo

Michael Fequiere, VS, 2016, 14’, Engels gesproken, niet ondertiteld
Portret van de twaalfjarige Kojo Odu Roney, een getalenteerde jazzdrummer uit New York. Op zijn tweede werd hij door zijn vader, jazzsaxofonist Antoine Roney, achter een kartonnen drumkit gezet, op zesjarige leeftijd knutselde hij al zijn eigen drum in elkaar en tegenwoordig leeft hij volledig voor zijn muziek. Want, zo zegt hij zelf, muziek is leven. Naar school gaat Kojo niet: hij krijgt les in een digitaal klaslokaal. Maar eigenlijk leert hij veel meer door samen met zijn vader heel Amerika door te reizen, vindt hij zelf. Zijn werkethiek is bewonderenswaardig: elke dag staat hij om zes uur ’s ochtends op. De dag begint met school, maar vervolgens is het oefenen, oefenen en nog eens oefenen. Want goed is eigenlijk nooit goed genoeg. Zijn eigen optredens kijkt hij dan ook altijd terug om te zien en horen wat beter moet. Want Kojo heeft een hoger doel voor ogen met zijn complexe muziek: hij hoopt dat die zijn generatiegenoten aanzet om ook in complexere structuren te denken.

Deze voorstelling heeft al plaatsgevonden
Documentaire
Verenigd Koninkrijk, Frankrijk
2018
55’
Engels gesproken
Nederlands ondertiteld
16

Funk-koningin Betty Davis veranderde het landschap voor vrouwelijke artiesten in Amerika. “Zien hoe Betty Davis optreedt, is als het zien van een X-rated film wanneer je verwacht Walt Disney te zien”. Zo werden de optredens van funkzangeres Betty Davis al in de jaren zeventig beschreven.

Met haar suggestieve teksten (“If I’m in Luck I Might Get Picked Up”), gedurfde persoonlijkheid, gewaagde outfits en buitensporige funkmuziek was ze haar tijd ver vooruit. Misschien wel te ver. “Als Betty nu zou zingen was ze een Madonna, óf een Prince,” schreef jazztrompettist Miles Davis in zijn autobiografie uit 1989. Miles trouwde met Betty in 1968, waarbij zij zijn achternaam kreeg (en die ze behield na hun scheiding in 1969).

Betty Davis was de eerste zwarte vrouw die al haar muziek zelf schreef en produceerde én was een feministische pionier; ze inspireerde en intimideerde op een manier zoals geen enkele vrouw dat tot dan toe deed. Tot ze plotseling verdween. Ze worstelde om te zijn wie ze was, maar op dat moment begreep de wereld haar niet. Maar nu – veertig jaar later – is de wereld nog nooit zo klaar geweest om een ​​eerbetoon te brengen aan de grootste Black Power-godin aller tijden.

Voorfilm:

Kojo

Michael Fequiere, VS, 2016, 14’, Engels gesproken, niet ondertiteld
Portret van de twaalfjarige Kojo Odu Roney, een getalenteerde jazzdrummer uit New York. Op zijn tweede werd hij door zijn vader, jazzsaxofonist Antoine Roney, achter een kartonnen drumkit gezet, op zesjarige leeftijd knutselde hij al zijn eigen drum in elkaar en tegenwoordig leeft hij volledig voor zijn muziek. Want, zo zegt hij zelf, muziek is leven. Naar school gaat Kojo niet: hij krijgt les in een digitaal klaslokaal. Maar eigenlijk leert hij veel meer door samen met zijn vader heel Amerika door te reizen, vindt hij zelf. Zijn werkethiek is bewonderenswaardig: elke dag staat hij om zes uur ’s ochtends op. De dag begint met school, maar vervolgens is het oefenen, oefenen en nog eens oefenen. Want goed is eigenlijk nooit goed genoeg. Zijn eigen optredens kijkt hij dan ook altijd terug om te zien en horen wat beter moet. Want Kojo heeft een hoger doel voor ogen met zijn complexe muziek: hij hoopt dat die zijn generatiegenoten aanzet om ook in complexere structuren te denken.

Kojo